Verslaving als geschenk » 2010 » mei

Archive for mei, 2010

stoppen met je verslaving is pas het begin!

Posted by Dees on mei 18, 2010
Geen rubriek / No Comments

Werkgroep Buitenveldert – AJErnststraat 112 – Amsterdam: verslag nr. 76 – 17.05.2010 – 6 deelnemers.

Desgevraagd neemt A de gespreksleiding voor deze avond voor haar rekening, opent de bijeenkomst, heet de aanwezigen welkom en nodigt uit tot het doen van een voorstel teneinde het gespreksonderwerp te kiezen. Als eerste gaat B hierop in met de volgende opmerkingen:

B: het is vrij lang geleden dat ik hier op de groep kwam; intussen is (natuurlijk) veel gebeurd. Ik weet heel goed dat ik verslavingsproblemen heb. Daarnaast heb ik door mijn beroep ook nog eens de dagelijkse confrontatie met het verkeer op de weg. Duidelijk dus dat ik met vuur speel. Dat heb ik ook al jaren in de gaten. En probeer nu, niet voor de eerste keer trouwens, van mijn verslaving af te komen. Daarbij loop ik echter behoorlijk hard aan tegen de negatieve en agressieve reacties van mijn omgeving, mijn eigen partner in de eerste plaats. Er komt enorm veel verwijt, boosheid, teleurstelling en in het verlengde daarvan wantrouwen naar mij toe. En daarop reageer ik dan ook weer met boosheid, enz. Het een maakt kennelijk het ander los. Kortom, een weinig stimulerend of hoopgevend perspectief. Wat is wijsheid? Mijn vrouw is ‘even’ weg geweest en nu weer terug. Ik zou misschien dit moment kunnen gebruiken om een nieuwe start te maken. Maar de verwijten vliegen opnieuw over en weer, net zoals in de vorige fase, vlak voor ze vertrok. Aan de andere kant kan je ook zeggen: ‘ze is toch wel terug gekomen? – dat is toch ook niet voor niks?’ Dat kan zo zijn, maar toch is mijn vraag: is het logisch dat mijn partner vol zit met verwijten, ongeloof en agressie en daarnaast: hoe ontwikkel je in zo’n situatie een weg naar een nieuwe, positieve, start? Trouwens, is dit alles een onderwerp voor het groepsgesprek?

Uit de reacties blijkt eenieder het eens te zijn om de door A beschreven situatie te gebruiken als uitgangspunt voor het groepsgesprek, dat zich hierop als volgt ontwikkelt:

A: je kunt in mijn geval absoluut zeggen: alle problemen zijn door de drank ontstaan – ‘t enige is de drank – mijn 2-ling zus was in alle staten – wij zijn elkaars spiegel – mijn gedrag is ook haar gedrag – ben door haar hier naartoe gesleurd – met drank wordt een aardig mens giftig – mijn zuster reageerde zoals jouw vrouw – wat betreft de ervaring voor mezelf: daar wil ik nooit meer in verzanden: sinds mijn stoppen is mijn leven 100 x makkelijker geworden – mijn familie heeft mij door dik en dun gesteund en/maar ook naar de groep gebracht – drank maakte mij depressief en angstig – zaken worden allemaal immense problemen – gewoon lekker stoppen is de enige weg!

C: stoppen is voor mij de enige weg – ik ben zelf jaloers op mensen die ‘gewoon’ kunnen stoppen – vroeger kon ik dat ook – maar dat is veranderd – een klein beetje drinken is jezelf belazeren – vrienden blijven erop hameren – soms zit ik ‘s nachts alleen voor de tv en drink dan een fles – dat werkt niet – zelf heb ik eens per maand een klaverjas-avond met enkele halve liters – ik denk dat ik goed toneel kan spelen – maar ze zien het goed bij mij – ‘t beste is ‘t niet te doen en bijvoorbeeld feestjes te vermijden want daar sneuvel ik….

D: ik ben nog maar heel kort van de drank af – zat een paar maanden in een kliniek in Limburg – heb een kort maar zeer heftig drankgebruik achter mij – iedereen wilde helpen – heb urenlang gepraat met vrienden – die groep mensen was na mijn terugkeer erg blij – daarnaast zijn er mijn ‘allerbeste’ vriendinnen, die allebei veel drinken en mij nu een ‘drankloze trut’ vinden – mensen die het meest van je houden, reageren het meest negatief – de boodschap is duidelijk: je moet stoppen – zo ben ik ook de kliniek uitgestapt: daar heb ik kracht en liefde terug gekregen – ik voel hoe erg ik ben geweest – ben trouwens niet ontslagen op mijn werk – herstel komt met kleine stukjes: op den duur ontstaat dan (weer) een zekere balans – je word weer omarmd – nu hoef ik alleen maar te denken aan kinderogen – waarom is terugval nodig – dan immers verwateren contacten en ontstaan (weer) negatieve factoren in tegenstelling tot wat ik nu (weer) meemaak en waardoor ik mij lekker voel in het gezin, in mijn werk, bij mijn sport en met nieuwe vriendinnen – eerlijk gezegd: die drank-vrienden zijn vanzelf afgevallen….

E: wat familie betreft: ik heb maar een zus, maar die praat niet over drank; verder heb ik wel veel moeite met kinderen van vriendinnen – wel had ik een langdurige verhouding met een exotische schoonheid in Amsterdam – gelukkig echter blijven vrienden en bieden die ook hulp in nood – zag trouwens laatst iemand doorzakken tijdens een voorstelling, maar die werd opgenomen in een kliniek in het buitenland – ben trouwens zelf na een burn-out in de periode ‘93-’96 daar tenslotte behoorlijk uitgekomen – zou ‘t trouwens op die manier niet nog een keer willen doen – heb nu een zelfstandig vervoer-bedrijfje – daar let niet iedereen op je – ben daar blij mee – zat vroeger echt te wachten tot ‘t half vijf was – maar dat is met ‘t oog op vervoer gewoon niet mogelijk – voor mij is de keuze duidelijk: of ik drink helemaal niks of heerlijk een paar flessen achter elkaar, maar de dreiging blijft de dagen daarna steeds sterker – vandaag bijvoorbeeld – dan denk ik aan de avondwinkel en als ik moet rijden dan ben ik daarvan bevrijd….

F: het kost mij absoluut geen moeite de herinnering aan mijn eigen vastgelopen ‘drank-situatie’ van indertijd naar boven te halen. Ik liep ook voortdurend tegen de lamp: in het verkeer, in mijn werk en in mijn gezin. Het was allemaal ‘oorzaak drank’, alleen had ik dat heel lang absoluut niet in de gaten. Wel voelde ik mij voortdurend verder wegzakken – de greep op mijn leven verliezen en wist ik dat ik zou vastlopen. Alleen wist ik niet waardoor. En ik kan wel zeggen, dat het achteraf het grootste geschenk in mijn leven is geweest toen ik erachter kwam dat de verklaring van alle ellende heel ‘gewoon’ zat in de verslaving, die ik blijkbaar had ontwikkeld. Vanaf dat moment had ik geen enkele aarzeling om verder actie te ondernemen. De eerste stap was ‘heel gewoon’ naar de kliniek, daarnaast naar ‘de groep’, vervolgens nieuw werk en verhuizen: alles pure sensatie en nu nog: dat gevoel had ik vanaf het eerste moment van dit veranderings-proces – ik kreeg in de gaten dat ik op het goede spoortje zat – zelfs toen ik in dit traject ook mocht meemaken hoe ik werd platgespoten en achter de tralies kwam; ik kreeg in de gaten dat ik ‘gewoon’ goed zat: en dat is later ook gebleken – eigenlijk is mijn gevoel, dat ik beter een echte crisis in mijn leven kan meemaken, gewoon omdat daar de beste kansen op een gezond vervolg vlak onder de oppervlakte liggen…

Hiermee is de ronde voltooid en krijgt B, de gelegenheid af te ronden, waartoe hij zegt:

ik heb veel gehad aan alle opmerkingen – herken trouwens iets uit mijn beroep: mijn functie is het mensen naar hun zin te maken – dat zijn dan vreemde, dwz onbekende mensen – trouwens als ik iets doe dan ga ik ervoor – daarenboven heb ik een heftig minderwaardigheids-complex – ik merk: het is nog steeds niet gelukt mij daarvan te bevrijden – het is mij nu ook duidelijk: de rek gaat eruit en binnenkort zal ‘t geluk ook opraken – ik heb nu dus ook absoluut een therapeut nodig – bedankt!

De groep dankt B voor het onderwerp en A voor de gespreksleiding, waarna A de aanwezigen vraagt enig geld in de pot te werpen en zij de bijeenkomst sluit om 21.30 uur.

Amsterdam, 18 mei 2010.

niet klagen maar handelen!

Posted by Dees on mei 13, 2010
Geen rubriek / No Comments

Werkgroep Buitenveldert – AJErnststraat 112 – Amsterdam – verslag nr. 75 – 10.5.2010 – 6 deelnemers.

De gespreksleider opent de bijeenkomst om 20 uur met de mededeling dat hij wegens verplichtingen elders (het geven van voorlichting in een kliniek), volgende week de groep niet zal kunnen bijwonen, zodat zijn functie alsdan door een ander dient te worden ingevuld. Aansluitend nodigt hij uit tot het lanceren van een voorstel ter bepaling van het onderwerp voor het groepsgesprek van hedenavond. Dit voorstel wordt aansluitend bevestigd als gespreksonderwerp.

A: doet het volgende voorstel naar aanleiding van een artikel over een invalide vrouw en haar actieve houding tegenover de vrij ingewikkelde techniek voor de bediening van een nieuwe rolstoel en haar zoektocht naar de mogelijkheden om dat instrument te leren benutten, wat haar tenslotte ook lukte en waarmee zij eigenlijk zichzelf in menig opzicht versterkte. Deze positieve houding is A bijgebleven, vooral als vitaal voorbeeld in vergelijking met enkele patienten, die hij tegenkwam bij het geven van voorlichting in een verslavingskliniek. In dat laatste geval waren er namelijk twee ‘patienten’, die zich beklaagden ten aanzien van hun eigen beperkingen, waarbij zij zelf echter niets ondernamen (deden) – vooral hun niet meer ‘mogen’ drinken betreurden – en tenslotte nadrukkelijk klaagden over hun eenzaamheid…..

De gespreksronde:

B: ik keek laatst naar de Boeddistische Omroep. Het ging over een reis naar het hoog-gebergte – daar ging het pad over een moeilijke pas – doel bleek de daar wonende mensen te gaan interviewen – hoogte: 4.500 meter – uiteindelijk kwamen we terecht in het dorpje van die mens op 4000 meter – daar moesten ze een maand blijven – je kon daar niet meer weg – de boeddhist zei: laat het verlangen in je leven los – dan zijn alle problemen opgelost – een man ging toch de pas over – veel jaxs stierven daar – de man kon zijn verlangen niet loslaten – toch – als je ‘t verlangen negeert, dus loslaat, dan kan ‘t verlangen ‘gewoon’ verdwijnen – later werd ‘t steeds gemakkelijker – nu ga ik me irriteren aan andere gebruikers – zolang ik mij irriteer is ‘t nog niet goed. De essentie is: dingen loslaten – dat is de conditie voor geluk – toch – ik beklaag mezelf eigenlijk nooit – en ‘t einde van ‘t refrein is toch altijd ‘magere hein’ – één groot leerproces en dan: geen trauma’s overgehouden!! En dus, als ik nu denk ‘ik kan geen topje (meer) dragen – dan denk ik gelukkig meteen daarna “dat heb ik vroeger ook nooit gedaan” – gekke reacties – het wordt op den duur stukken makkelijker – ik dacht wel : ik moet alles weer kunnen doen – maar ik kan niet praten over verlammingen, want daarin heb ik geen ervaring…

C: ik ben geloof ik altijd erg onnozel geweest en trouwens ook gebleven. Om te beginnen heb ik niet in de gaten gehad dat mijn vele ongelukken, teleurstellingen en tegenvallers jarenlang heel gewoon allemaal een direct gevolg waren van mijn dwanggedrag ten aanzien van drank en andere manieren om de realiteit te ontvluchten. Eigenlijk voelde ik mij telkens een beetje tot rust komen zodra ik door een of andere gebeurtenis weer eens in een ziekenhuis terecht was gekomen. Pas toen ik in de gaten kreeg dat de onderliggende oorzaak telkens weer drank was, ging de zon op. Toen ben ik ook meteen en zonder enige aarzeling de kliniek en de zelfhelpgroep ingesneld. Toen ook voelde ik mij bevrijd. En dat is niet meer ‘over’ gegaan. Toen ook is de kleur in mijn leven gekomen. Gelukkig heeft ook nooit iemand mij iets verboden of gezegd in de trant van ‘nooit meer!’ Ik geloof zelf dat dit soort ‘leef-adviezen’ absoluut averechts werkt.

Het onderwerp van vanavond gaat natuurlijk over een veel voorkomend gevoel bij mensen die op dat moment (nog) helemaal niet in de gaten hebben hoe je jezelf in de weg kunt zitten. Die zichzelf beklagen en belemmeren op precies dezelfde manier als die twee patienten in de kliniek of de bergbewoner die zijn verlangen niet kan laten varen. En ik weet heel goed dat juist bij verslavingen dit verschijnsel vaak voorkomt: ‘het verboden verlangen’! Hetzelfde gevoel heb ik ook jarenlang gehad ten aanzien van roken: en in de praktijk heb ik gemerkt, dat het mij niet lukte met roken te stoppen, zolang ik mijzelf juist dat roken ging zitten verbieden. Juist dan lukt het niet. En ik denk dat dit met alle verslavingen eigenlijk zo werkt. Het verbod werkt averechts. Pas toen er in mijzelf het echte verlangen ontstond om niet meer te roken, viel er een last van mij af en had ik mijn laatste peuk gedoofd. De trek, de behoefte en zin in, het was allemaal weg…. En dat is een gevoel wat uit jezelf komt. Het is dus geen verbod. En ik geloof dus echt dat ieder verbod (‘gij zult niet meer….’) averechts werkt.

D: Boeddhistische gevoelens (dus het ‘loslaten’) zijn voor mij gevaarlijk – ik heb ambitie / stress nodig, anders laat ik ‘t lopen – ik had eens werk voor een zakenman – met een glijdende schaal ten aanzien van de financieele aspecten – het leverde misrekeningen op – een relatieve ellende; zelf hoop ik dan dat ik niet ga klagen – dan laten namelijk heel veel mensen je vallen – heb vroeger in therapie gezeten – daar lieten ze van alles gebeuren – zoals ‘misbruik binnen de familie’ – ik kende daar iemand en dacht: eigenlijk is die vrouw een grote zeur – kon daar niet mee omgaan – soms gaat ‘t goed, soms slecht – als je niet tot zelfinzicht komt, kom je nooit tot een oplossing- en als je daarin blijft hangen, is ‘t een verloren zaak – bij mij zakt de ervaring vrij snel weer weg – een gedachte aan een slok drank kan ontstaan bij het begin van de dag: in de badkamer de eerste slok: die gedachte is m.i. krankzinnig – en is ook wel na een paar maanden weg – nu ben ik gefixeerd op koffie – tel Uw zegeningen – krijg wel hart-ritme-storingen – ik word dus ook ouder – de studenten slaan me nu ‘gewoon’ van de baan…..moet dat oude nivo nu loslaten – gewoon opgeven…..

E: ik zag ‘t programma ‘shock doc’ – een siamese 2-ling – zusjes – aan elkaar gegroeid – kunnen wel van elkaar af worden geopereerd: dan zal 1 sterven – ik kreeg een klap van m’n eigen reactie – je zegeningen tellen – in een kliniek zitten brullen met uitzicht op een nuchter leven – heb daar wel veel geleerd, via therapieen, technieken, te leren voelen en leven in grotere ruimte zonder drank – ontdekking van meer – praten met kinderen – alle beperkingen omzetten naar grotere ruimte en mogelijkheden – in plaats van zelf ‘s nachts kijken naar de tv met slechte en zielige mensen / en nu, na de kliniek: gewoon heerlijk, op straat de stad in samen met een vriendin – drinken als leermoment – helemaal topavond zonder drank – jammer dat je dat gevoel niet aan anderen mee kan geven, incl. de reactie van anderen, die ‘t wel en ook zo beleven….

F: het verlangen – ken ik maar al te goed. Ben nu trouwens aan ‘t omscholen – ga in ‘t zorgvervoer – nu is de dialyse aan de beurt – 2x per week vervoer ik een man, die zijn vrouw en 2 kinderen verloor en zelf 80 operatie’s onderging: hij is vrolijk en vind ‘t leven prachtig – ga dus vooral naar jezelf kijken, ja, daar moet ik wat aan doen – stiekem drinken is nu over – zo gauw ik ergens kom, denk ik, zal ik dan ook maar…..de oplossing moet je zelf zoeken—-mijn partner zegt: je moet ‘t nu zelf doen – zelf denk ik: krijg ik een spiegel – dan kan ik de oplossing zelf vinden!

Hiermee is de ronde voltooid en krijgt A, die het onderwerp inbracht de gelegenheid af te ronden, waartoe hij zegt:
‘de oplossing is dus: loslaten – geen zelf-medelijden – ik verdenk mensen in bejaardenhuizen van gedachten in de trant van: waarom komt er niemand meer – een jongen van 12 die eens per week naar zijn oma gaat in het tehuis, kan leuk met haar praten – een mooi verhaal: de Kilimanjaro – training voor bergklimmen: 1e, 2e en 3e jaars verschillende afstanden: wees trots waar je hebt kunnen komen – wees tevreden met wat binnen je bereik ligt + laat los wat teveel blijkt; zelf had ik moeite de kinderen los te laten toen zij het huis uitgingen – dat is zo met andere dingen zoals relatie – werk – hulpverlening – als je dat niet in de gaten hebt is dat verschrikkelijk – probeer zelf dat ‘s avonds te overwegen en probeer daarnaar te handelen – het onderkennen van eenzaamheid en daarnaar te handelen en dat alles te integreren = misschien wel de essentie van het leven….
De groep dankt A voor het onderwerp alsmede zijn gespreksleiding, waarna A de aanwezigen vraagt enig geld in de pot te werpen en hij de bijeenkomst sluit om 21.35 uur.

Amsterdam, 13 mei 2010.

De macht van de (ex-)verslaafde….

Posted by Dees on mei 05, 2010
Geen rubriek / No Comments

Werkgroep Buitenveldert – AJErnststraat 112 – Amsterdam verslag nr. 74 – 3.5.2010 – 5 deelnemers – distributie aan deelnemers + publicatie op – blog: www.verslavingalsgeschenk.nl

De bijeenkomst wordt om 20 uur geopend door de gespreksleider, terwijl een andere deelnemer het schriftelijk verslag voor zijn rekening neemt en de aanwezigen worden uitgenodigd tot het doen van voorstellen ter bepaling van het gespreksonderwerp voor deze avond.
Hierop formuleert A de volgende overwegingen, waaraan hij het voorstel voor het gespreksonderwerp verbindt. Hij zegt: ik ben op een bepaald moment verslaafd geraakt aan het gokken. En vervolgens heb ik mogen ‘leren’ dat die handeling voor mij gevaarlijk/link/risicovol, of hoe je het ook wilt noemen, is. En dan zou je dus de neiging krijgen de schuld te gaan schuiven in de richting van dat betreffende gokspel. Net zo goed als de alcoholist leert dat voor hem drank gevaarlijk is en de junk hetzelfde dient te erkennen ten aanzien van de middelen die hij niet meer ‘mag’ gebruiken. Door dit soort redeneringen geef je eigenlijk de ‘macht’ aan het betreffende middel en maak je jezelf heel klein. Daarnaast zijn (veel) andere mensen, die niet verslaafd raken blijkbaar beter of sterker dan ikzelf, want zij blijven buiten de macht van ‘het’ middel. Ik loop hierover na te denken, want ik vind in dit soort redeneringen toch iets raars zitten: ik accepteer namelijk eigenlijk helemaal niet dat zo’n middel sterker zou zijn dan ikzelf: ik kan immers zelf beslissen mijn leven zonder dat middel in te richten, op precies dezelfde manier als ik ervoor kies, tot nog toe tenminste, om bijvoorbeeld ook te wachten tot de trein/tram/of ander voertuig voorbij is voordat ik op straat ga oversteken. Op dezelfde wijze is het goed je ook rekenschap te geven van je positie ten aanzien van je omgeving, zodat je niet vervalt in verwijten, maar het initiatief bij je houdt om te veranderen zodra je je bijvoorbeeld benauwd gaat voelen en je je ‘gevangen’ voelt in een relatie; in dat laatste geval zou immers kunnen gaan denken dat die ander je de nodige vrijheid heeft afgenomen, in plaats van zelf het initiatief te nemen om die relatie te beeindigen…..
Het gespreksonderwerp zou je dus misschien kunnen samenvatten als:
‘de onmacht van het middel’ of wel ‘de ontdekking dat verslaving niet zit in de macht van het middel, maar in je eigen onmacht om met dat middel om te gaan en dat dus ook te kunnen laten staan………’

Eenieder blijkt hiermee akkoord, zodat het onderwerp voor deze avond vaststaat en het gesprek start:

B: ik heb van binnen uit een zeer dwangmatig gedrag – onder meer enorm dwangmatige affectie onder bepaalde omstandigheden – moet ook altijd zo nodig ‘de boel gaande houden’ – door drank ga ik mij nog meer dwangmatig uiten – dat gebeurt dan ook in allerlei andere vormen, als roken en coke; gokken past niet bij mij – ik zie verslaving als een systeem – heb sterke allergie ten aanzien van drank ontwikkeld – ik raak dan bizar – nu heb ik mijn systeem gereset – kan er een nieuwe weg omheen bouwen – zit er wel al 46 jaar in – maar ga me nu lekkerder voelen – bij drank raak ik in de ban door kicks – hoe meer ik het ‘niet-drinken’ als goed systeem ervaar, hoe beter mijn gevoel wortel kan schieten – ben nu in de vijfde maand van mijn niet drinken – mijn bewustzijn neemt toe – de terugval-momenten worden minder urgent – bij mij werkt dit nu – merk ook dat dit nieuwe systeem duidelijker wordt inclusief de afname van gevoeligheden voor verleidingen – wel moet ik elke dag stilstaan bij wat ik nu heb…….

C: onmacht – ik herken dit heel duidelijk in mijn oude gedrag – bij (in) mij was het vaak heel druk – bovendien moet het allemaal ook nog eens een keer helemaal goed – moet ook van mezelf heel erg m’n best doen – maar: dat is eigenlijk helemaal niet nodig – ‘t kan me ook nix schelen, maar toch doe ik m’n best – heb trouwens de laatste tijd veel afgeleerd – zoals m’n trucjes – ook extreem gedrag – dat alles is m.i. het begin van een verslaving – ach, waarom ga je gokken – neen, ik ben te gierig – was wel geneigd te roken en ook daaraan ben ik verslaafd geweest – had het moeilijk om teleurstellingen te aanvaarden – de macht van ‘t middel, ging voorbij zodra ik zelf het initiatief nam – ben ook wel zeker van mezelf ten aanzien van de consequenties – ‘t middel moet een wisselwerking opleveren – ik ben dan ook overtuigd van het onderling verband.

D: jaren lang heb ik gewoon teveel gedronken – zonder te letten op smaak of kwaliteit – op den duur ook zo snel mogelijk, in de wetenschap dat het steeds weer uit de hand zou lopen en dat gebeurde dan ook steeds weer – en eigenlijk zat de impuls om weg te schieten uit de realiteit heel gewoon in mezelf; drank was het noodzakelijke middel – eigenlijk een beetje als bij een auto: die doet ook nix als er geen benzine of andere brandstof wordt toegediend. Toen ik stopte met die drank was in mij de behoefte aan de ontsnapping dan ook helemaal niet voorbij. Dus onderzocht ik andere middelen en wegen. En die bleken er ook ruimschoots te zijn. Op die manier kwam ik dus toch wel aan mijn trekken. Terwijl ik inmiddels in de kliniek, tijdens mijn opname, en later aan tafel in de zelfhelpgroep, dat was toen nog de AA, heel veel leerde, maar wel ook heel erg daar aandacht was gericht op vooral geen drank en voor de rest is het al gauw heel erg prima. In feite ben je dan eigenlijk een beetje aan je lot overgelaten en heeft het voor mij echt jaren geduurd voordat ik erachter kwam dat het werkelijk afrekenen met verslaafd gedrag een operatie is die eigenlijk je hele leefprogramma omvat en dan vooral gericht is op het ontwikkelen van constructieve activiteiten, met name een gezonde fysieke en psychische conditie, zonder daarbij nou meteen ook weer top-prestaties na te streven. Het verwerven van de daarbij passende bescheidenheid is daar volgens mij ook een nuttige eigenschap.

E: ik heb zelf de verslaving ook nodig gehad – de functie betekende: het leven een halt toe te roepen – ik leerde de stilte hanteren – kon dat eerst niet – op allerlei terreinen – in de loop van de tijd verminderde mijn drang tot activiteiten – ik ontdekte dat stilte heerlijk is – heb nu genoeg aan mezelf – dat is een groot goed, incluis de rust in tegenstelling tot het voormalig jachtig bestaan, waar altijd tijdnood heerste – mijn bestaan is nu omgebouwd – ik laat leemtes in m’n agenda – die zijn functioneel – laatst liet ik een vriend binnen, die ik vervolgens zat weg te kijken – juist door de verslaving heb ik geleerd mezelf een spiegel voor te houden bij de vraag: heb ik een ander nodig om te functioneren – m.i. hoeft dat niet altijd – deze week waren er thuis veel mensen; dat was leuk en toen ze weg waren was ook dat weer fijn – kortom, ‘t perfecte is de vijand van het goede – dat kleine beetje kost net teveel energie, bijvoorbeeld met mensen met een absoluut gehoor – voor mij is dat onzinnig en niet nodig – dwangmatig gedrag zat niet alleen in het middel maar vooral in mezelf – vrienden stellen eisen – vriendschap behoeft onderhoud-plegen, net als bij een fiets – aan jezelf dus – je kunt voelen als een die kaars die aan twee kanten brandt – alles moet zo snel – hoe kan dan iets beklijven – ik met m’n grijze kop – ‘met de waan van de dag’ – daar kan ik niet goed bij – als ik stil ben, kunnen er ook nieuwe dingen gebeuren – nieuwe gedachten kunnen ontstaan – de kunst is de ruimte daarvoor te bieden aan jezelf…

Hiermee is de ronde voltooid en krijgt A de gelegenheid af te ronden. Hiertoe zegt hij:

A: ik ervaar veel kwaliteit – ik ontdek bij mezelf ook steeds meer – vroeger was ik kennelijk niet helder, waardoor ik tegen een soort muur klapte – dat had wel een bijkomend voordeel: ik ben alles kwijtgeraakt, incl. de mazzel een en ander te overleven – het gebeurt zoals het is gebeurd – leven kan bedreigen – vroeger vond ik volwassen mensen onbegrijpelijk vanwege hun camouflage-gedrag; dat vond ik trouwens ook in het gokken – heb nu meer overzicht – en bovendien ook behoefte me heel lekker te voelen – diep in de realiteit weg te zinken – ook ten aanzien van muziek – kan nu ook wel relativeren – zie meer dingen in perspectief – de macht zit in mezelf en niet in het middel – vroeger voelde ik dreiging door gokkasten – tijd is belangrijk – dan ruimte voor rust – vroeger zou ik nu gokken – nu niet meer….

De gespreksleider dankt A voor het onderwerp, vraagt de aanwezigen geld in de pot te werpen en sluit bijeenkomst om 21.30 uur.

Amsterdam, 5 mei 2010.